Tijdschrift spiegelbeeld december 2014 Special begraven of cremeren. Tekst interview met Marieke de Vrij door Ger Lodewick. Begraven of cremeren? Mate van onthechting als doorslaggevend antwoord.
Tijdschrift Spiegelbeeld - Begraven of Cremeren
Sterven is een gebeurtenis waar we allemaal mee te maken krijgen. Deze gebeurtenis eindigt in een fase die wij dood noemen en waar we uit eigen ervaring weinig van weten. Klinkt allemaal niet zo blijmoedig en dat heeft waarschijnlijk met onze opvoeding en cultuur te maken. Er zijn mensen die er bang voor zijn en mensen bij wie dit niet het geval is. Hoezeer hecht je aan je leven? Hoezeer aan de dingen die je allemaal hebt en wilt, en aan je gedachten over leven, sterven en dood? En aan de vraag of je je beter kunt laten begraven of cremeren.
Marieke de Vrij is maatschappelijk raadsvrouw en geeft veel informatie vrij op basis van wat haar begeleiders in de onstoffelijke wereld haar laten weten. "Wanneer gezegd wordt dat iemand dood is, is dat gerelateerd aan het hart dat niet meer klopt. Op een dieper niveau wordt dan in het fysieke lichaam informatie verzameld die de ziel eigen is. De informatie bestaat uit herinneringsopslag van het achterliggende leven. Ook sporen van de ziel die geïcarneerd is bij de aanvang rondom conceptie gaan weer mee." Aldus Marieke.
Sterven betekent dat de ziel het lichaam gaat verlaten. Om helemaal los te kunnen komen van het fysieke lichaam en de verdere reis helemaal vrij te kunnen maken, verzamelt de ziel deze herinneringsopslag. Marieke geeft in dit verband een bekend woord een andere betekenis: "De ziel gaat 'spaarzaam' om met het moment van sterven en de periode nadien." Dit doet ze om de belangrijkste informatiestromen uit het lichaam te halen waarmee ze tijdens dit aardse leven verbonden is geweest. Dat doet de ziel niet zomaar, maar om die informatie op te kunnen nemen in het zielenlichaam. Hierdoor ontstaat inzicht en wordt een grotere klaarheid gegeven. Dit is het stervensproces dat plaatsvindt nadat het hart gestopt is. Hoe snel de ziel de essentiële informatie die meegenomen moet worden uit het fysieke lichaam kan halen en meenemen in het zielenlichaam, is per individu verschillend. Het gaat hier om de bijzondere kenmerken van dit leven, de inzichten die hiermee verkregen zijn en de levenservaringen die nog niet tot een dieper inzicht hebben geleid. Dit laatste krijgt zijn voortgang in de onstoffelijke wereld.
Het is belangrijk dat je in je eigen bewustzijn leert inschatten hoe je al of niet zaken in de diepte hebt doorleefd en je eigen hebt gemaakt. Marieke: "De maat van de natuurlijke doorleving van waar je mee uitstond, bevordert je opgang na de dood. Gehechtheden die voornamelijk te maken hebben met hebben, willen en moeten, vertragen deze opgang. Dat geldt ook voor gedachtegangen waar je niet van loskomt. Deze kunnen ook te maken hebben met wraakzucht en macht over anderen willen uitoefenen. Als je een geestelijk leven hebt dat niet of nauwelijks kan onthechten, is het sterven daarmee ook belast. Je gedachtewereld blijft bestaan na je sterven. Je gevoelens en dat wat je beleeft worden soms nog ervaren - afhankelijk van wie je als mens was - alsof je haast nog in het lichaam zit." Hier schuilt nu juist het inviduele bewustzijnsverschil.
Marieke stelt dat mensen met een ruimer bewustzijn zich makkelijker kunnen onthechten van zaken, dan andere die zich daar nog sterk mee bezighouden in hun gedachtegangen. Dit brengt met zich mee dat de eersten zich makkelijker kunnen 'separeren' van hun fysieke lichaam. Zij geeft een voorbeeld. "Bij mensen die helemaal materieel ingesteld zijn op een manier dat ze er volstrekt door bezet zijn, en ook in hun gedachtewereld niet durven aan te nemen dat er een leven na de dood is en een andere orde van bestaan, kan het hele materiële denken hen in de weg zitten om de ervaring die hen aangereikt wordt na het sterven vanuit een open hart tegemoet te treden." Als je in zo'n overprikkeld belevenisveld overlijdt, kost het je meer moeite om het leven na de dood te aanvaarden omdat je gedachtewereld sterk behoudend en vasthoudend is. Er is dan in aanvang geen bereidheid om je open te stellen voor wat je aangeboden wordt vanuit de ontstoffelijke wereld en dat vormt een rem om op te stijgen naar een sfeer die past bij wie jij werkelijk bent. "Je kunt het niet zien als je het dan wel ziet, weiger je het omdat je zo bezet bent."
Kunnen we hier iets uit afleiden met betrekking tot begraven of cremeren? Marieke: "Voor mensen die zo vasthoudend zijn na hun overlijden heeft cremeren een zwaarder effect. Bij begraven is het lichaam nog intact en hoewel het een schrikeffect kan geven voor de overleden waarnemer die zichzelf begraven ziet worden, is begraven in zekere zin gevoellozer, minder prikkelend dan cremeren. Wannneer het fysieke lichaam verbrand wordt in een 'hels vuur' is de overledene die nog sterk met zijn gedachtegangen verbonden is, niet goed in staat zich te onthechten van zijn lichaam. Als het lichaam in vuur opgaat en tot as wordt, is dit een heel schrijnend zwaar emotioneel proces. Als een lichaam is overgegaan tot as is er amper nog een aanhechtingsreflex mogelijk.
Een overledene die niet begrijpt waar hij is en zijn staat van bewustzijn nog niet kan aanpassen aan de onmogelijkheid terug te keren in zijn stoffelijke lichaam en niet in staat is aan te nemen dat er iets beters op hem wacht, weet te weinig bereidheid te ontwikkelen en inzichtrijker te worden in de onstoffelijke wereld. Er is dan een blokkering die voortkomt uit onbereidheid zich dood te achten vanwege een overbezette gedachtegang die vaak cirkelgewijs steeds op een dood spoor uitkomt. Je blijft in een kringetje draaien." Volgens Marieke ligt dit bij begraven anders. "Een ziel kan nog dolen op een begraafplaats en er zijn mensen die dit voelen. Er zit altijd nog een beetje restinformatie in je lichaam. Bij begraven geef je a.h.w. terug aan de aarde wie je was doordat je langzaam overgaat in de aarde en daarmee gaat samenvallen. Je biedt dit aan ter transformatie voor het leven hier op aarde. Bij crematie gebeurt dit ook wel, maar dit is dan meer vervluchtigd." Voor mensen die zich ook in de diepte hebben leren onthechten tijdens hun leven maakt het geen verschil.
Leer om zo goed mogelijk tijdens je leven al je ervaringen te verteren en zodoende los te laten, waardoor je er zo min mogelijk door belemmerd wordt na je overlijden.
Voel bij een dierbare overledene of deze nog in zijn lichaam aanwezig is vanwege allerlei gehechtheden die jij zelf misschien niet kent. Communiceer telepatisch met de overledene en geef hem/haar toestemming te vertrekken. Oefen geen druk uit, doe dat in neutraliteit.
Overleg tijdig met je dierbaren dat je niet zo snel mogelijk wordt begraven of gecremeerd. Neem daarentegen ruimschoots de tijd - een dag of vijf, zes, zeven - alvorens je laat cremeren.
Neem gerust contact met ons op